Jules Van Merris, liberaal en steenrijke grootgrondbezitter stichtte de “Maatschappij der Weldadigheid”. Die maatschappij richtte op net voor de vasten een Cavalcade in. Eigenlijk een verkapte vorm van Carnaval. Het was een feest met alle carnavalingrediënten : een stoet (met 200 deelnemers), plezier, drankverbruik en wilde feesten.
Via collectebussen werd 3558,75 fr (officiëel althans) ingezameld, ook Van Merris was uiteraard sponsor. In die tijd kwam dat overeen met een 10.000 broden.
Iedereen, t.t.z. merendeel liberalen, waren vol lof over het initiatief. De katholieken konden niet anders dan te beamen. De clerus echter, dreigde met serieuze represailles voor wie meedeed of geld steunde. Bv je communie niet mogen doen.
Ongeregeldheden zorgden voor een maskerverbod in 1874
Het carnaval verminderde jaar na jaar en in 1889 werd voorlopig de laatste stoet georganiseerd.